De Klipper
De Stichting waar onze school De Klipper onder valt heet “Talent”. Zo krijgen wij vanuit het bevoegd gezag ondersteuning om zowel bij kinderen als bij personeelsleden hun eigen talenten te herkennen en te ontwikkelen door het geven van meer uitdaging en meer mogelijkheden. Het verhogen van talenten geeft verdieping- en verbredingmogelijkheden van de totale persoonlijkheid en het gevolg daarvan is dat kinderen meer tot hun recht kunnen komen. Als een VTB-school werken wij er bewust aan om kinderen met andere ogen te laten kijken naar de wereld om hen heen. Techniek is overal en in alles verweven. Wij proberen kinderen vanaf groep 1 een onderzoekende houding mee te geven. Die onderzoekende houding kunnen kinderen zich eigen maken door het stellen van open vragen en het geven van opdrachten waarbij wij als leerkrachten een stimulerende maar geen wetende rol vervullen. De techniekcoördinator heeft zowel ontdekdozen als techniekopdrachten ontwikkeld voor de groepen 1 t/m 6/7. De ontdekdozen voor de groepen 1/2 sluiten aan bij de thema’s van ik & Ko taal- en rekenmethode. Dit schooljaar worden er door de techniekcoördinator technieklessen gegeven in de groepen 5 t/m 7. Bij het uitvoeren van de opdrachten wordt door de kinderen gebruik gemaakt van een stappenplan (= wetenschappelijke cyclus). De technieklessen worden regelmatig met ondersteuning van ouders gegeven, waarbij als werkvorm uitgegaan wordt van een circuitmodel.
Brochure Onderzoekend denken en leren in de klas, Opbrengsten uit vindplaatsscholen
Deze brochure laat u kennismaken met vindplaatsscholen in de regio Noord-Holland/Flevoland. Vindplaatsscholen blinken uit in wetenschap & techniek en werken actief aan de talentontwikkeling van hun leerlingen. Dit doen zij in nauwe samenwerking met universiteiten, pabo’s, OBD Noordwest en het science center NEMO. Deze samenwerking werpt haar vruchten af. De schoolportretten laten zien hoe de leerlingen van deze scholen worden geprikkeld en uitgedaagd en hoe de onderzoekende houding van leerlingen én leerkrachten wordt bevorderd. De Klipper is één van de vindplaatsscholen die in deze brochure geportretteerd wordt. Download hier de brochure.
Ze wilden alle drie iets met de bouwhoek in groep 1/2. De één om taal en techniek te combineren, de ander om meisjes te enthousiasmeren en de derde om eens in de literatuur over dit specifieke onderwerp te duiken. Prentenboeken inzetten? Een roze kleed in de bouwhoek om meisjes te trekken? Tonny Loose, Petra van Lunteren en Eline Troost van De Klipper in Hoorn onderzochten het gebruik van prentenboeken in de bouwhoek.
Over je schouder filmen
De eerste stap in het onderzoek was gelijk de lastigste: hoe kom je tot een goede onderzoeksvraag? En wat zijn eigenlijk de problemen met die bouwhoek? Eline Troost , Petra van Lunteren en Tonny Loose weten ze zo op te noemen: matige interesse, oplossingsgericht spel, korte spanningsboog en weinig overleg en samenwerken. Kortom, de meeste kleuters lopen er niet warm voor. Het onderzoeksonderwerp werd: bouwen met prentenboeken. Eline Troost zocht uit welke artikelen en boeken beschikbaar zijn over dit onderwerp en maakte een samenvatting.
In de uitvoering van het onderzoek kreeg de ene groep kinderen een verhaallijn aangeboden en bijpassende attributen, en de andere groep niet. Loose en Van Lunteren observeerden vervolgens de kleuters, wat soms leidde tot hilarische taferelen: als leerkracht met de rug naar de bouwhoek zitten en ‘ongemerkt’ over het schouder filmen met een smartphone. Of juf met het prentenboek en een groepje kinderen op de gang, zodat de controlegroep het prentenboek niet ziet. De combinatie van onderzoek doen en leerkracht zijn, bleek soms lastig. “Soms zette ik de kaart even op rood”, vertelt Loose. “Dat betekent dat je juf niet mag storen. Heel handig.” Gaandeweg het traject leerden ze steeds beter observeren en wisten ze op welk specifiek gedrag ze moesten letten.
Stoelen de bouwhoek in
Ze zagen duidelijke verschillen tussen beide groepen. De kleuters die de verhaallijn hadden meegekregen, overlegden meer en ook de betrokkenheid nam toe. Er werden zelfs stoelen de bouwhoek in gesleept om het verhaal in 3D na te spelen. “Ik dacht eerst ‘wat krijgen we nou?’ Maar ik liet het gaan en ik zag hoe de prikkels van het verhaal uitdaagden om meer materialen erbij te betrekken”, vertelt Van Lunteren. Loose: “De bosschages voor het Westfriesgasthuis (ziekenhuis Hoorn) waren ‘een hoopje’ groene blokjes voor het gebouw. Ik leerde op een andere manier kijken en dacht nu niet: ‘wat een janboel die blokjes daar’. Ik vond het juist prachtig om te zien dat ze die bosjes zo hadden neergezet.” Alle drie zijn ze het erover eens dat het project leerzaam was, vooral de samenwerking met elkaar op een ander niveau dan normaal. Deze manier van werken zetten ze graag voort door collega’s te betrekken bij de resultaten om zo ook hun meer inzicht te geven in het speelgedrag in de bouwhoek.
De Klipper werd begeleid door Tessel van der Linde van Onderwijsbegeleidingsdienst OBD Noordwest
De praktijkopdracht was voor de betrokken leerkrachten nieuw en vroeg een andere manier van denken. In het begin dachten ze te groot: men ging uit van onderzoek dat op schoolniveau oplossingen voor problemen zou bieden. Door de vragen en het onderzoek kleiner te maken, werd het behapbaar en toepasbaar. Op De Klipper waren twee onderzoeksgroepen. Hoewel hun onderzoeksonderwerpen verschillend waren, was er ook een overeenkomst: in beide groepjes voegden de leerkrachten zichzelf doelgericht toe aan de activiteit. Ik heb meegedacht naar een werkbare en meetbare interventie, literatuur voorgesteld en de leerkrachten begeleid tijdens hun eigen verkenning en uitvoering.
Het meest lastige was om breder te kijken naar een onderwerp. Het planmatig denken, denken vanuit een bredere oriëntatie was nieuw. Maar door het proces dat de leerkrachten aangingen, waarin zij een oplossing voor een probleem dat zij zelf ervoeren aanpakten, zag ik dat zij breder naar hun eigen rol als leerkracht gingen kijken. Ze merkten dat zij zelf in staat waren om een probleem te analyseren en oplossingen te bedenken. Daardoor werden ze zich ook bewuster van hun eigen invloed op een situatie en dat werkte echt enthousiasmerend. Ik heb de betrokkenheid van de leerkrachten erg gewaardeerd. Ik heb ze zien worstelen met de materie en de vraagstukken. Ze stoeiden hoe ze hun vraag kleiner en controleerbaarder konden maken. Die manier van denken waren ze niet gewend, maar leverde wel wat op. Ik heb er erg van genoten om dit proces van planmatig denken en onderzoek in de eigen praktijk te begeleiden!
Ander onderzoek op De Klipper
Marian Spaans & Ingrid Koster: Egt waar hor: had ik maar een stappenplan.
Onderzoeksvraag: Hoe kunnen we er voor zorgen dat de leerlingen de spellingsregels die we behandeld hebben tijdens de les ook op een goede manier toepassen als ze zelf stelopdrachten maken?
Download de onderzoekposter
Eline Troost, Tonny Loose & Petra van Lunteren: Bouwen met prentenboeken.
Onderzoeksvraag: Wordt het spel en het bouwen in de bouwhoek verrijkt door toevoeging van een verhaallijn, een verhaalfiguur/figuren en passende attributen?
Download de onderzoekposter